In en uit het nauw
Het Nauw door Ann Petry
‘Je had tante Hal, die herenschoenen droeg en haar toverboeken met zich mee het graf in nam.’ En je had Abbey Crunch, Frances Jackson, Mamie Powther en vooral Link en zoveel andere kleurrijke figuren – maar de meesten zwart – die allemaal in Het Nauw woonden, want die bijnaam hadden ze aan hun dorp Monmouth gegeven, zoals ze de oeroude beuk in Dumble Street de Beul genoemd hadden, niemand wist waarom.
En nee, niet ik heb deze roman van onder het stof gehaald, maar wel de uitgeverij die het (terecht) gepast vond om The Narrows uit 1953 te laten vertalen door Lisette Graswinckel en op te nemen in hun fonds. De schrijfster is Ann Petry, geboren in 1908, gestorven in 1997, een journaliste uit Harlem. Haar werk werd ooit en wordt hopelijk nu – vergeleken met het oeuvre van John Steinbeck en Upton Sinclair. Na haar geslaagd debuut als romanschrijfster met De Straat (The Street) uit 1946 verscheen in 1953 haar meesterwerk The Narrows (Het Nauw).
Het Nauw is een geweldige sociaal-realistische roman over de jaren vijftig in Amerika, doorspekt met prachtige, of beter sterke beschrijvingen van het leven in een provinciestadje, een plaatsje waar racisme welig tiert.
‘Ze is bang, dacht hij. Ze is verdoofd van angst. Ze denkt dat ik haar ga verkrachten. Ik ga haar vanzelfsprekend verkrachten, of een poging doen daartoe, omdat ik zwart ben, en het staat in de sterren geschreven dat zwarte mannen louter op aarde zijn om witte vrouwen te verkrachten, in het bijzonder mooie, jonge witte vrouwen die aan de zwier zijn.’ (Blz. 117)
Wraak, moord, bedreigingen, je vindt het allemaal in de roman terug. Ann Petry beschrijft meesterlijk hoe racisme een vernietigende impact heeft op het leven van de mensen. Zeg maar dat zeventig jaar na datum alles nog zeer actueel klinkt.
Hoofdpersonage is de jonge Link, door Abbey Crunch en haar man, de majoor, geadopteerd omdat ze geen kinderen konden krijgen. Hoewel Abbey zich een academische loopbaan voor hem had voorgesteld, werkt Link als ober in de plaatselijke saloon The Last Chance van Bill Hodd, zowat de onofficiële burgemeester van de buurt die Jan en alleman (de politie, de rechter, de dominee, de directeur van de plaatselijke krant, de uitbaatster van een hoerenkast, …) manipuleert.
Maar er zijn ook nog Malcolm Powther en zijn vrouw Mamie en hun drie onhandelbare kinderen. Powther is als butler in dienst bij de steenrijke weduwe van Treadway Hall, die een fortuin vergaard heeft met de winst van het Treadway Gun Concern, een bloeiende wapenfabriek. En er is een al even steenrijke en verwende dochter op Treadway, Camilo. En Camilo en Link … Nou ja, dat is het bekende en niet onverwachte sprookje van de arme zwarte (‘zwarte klootzak’) uit de achterbuurt en het puissant rijke witte meisje (‘witte trut’) van het kasteel buiten de stad. De twee worden dus verliefd, zeer hevig verliefd, ze beleven uitzinnige liefdesdagen en -nachten en ze leefden nog … ach, zo eenvoudig is het nu ook weer niet. Hun verhaal zit vol onverwachte gebeurtenissen en kent verrassende wendingen. Maar hun verhaal is ook het verhaal van de vooral zwarte bewoners van Het Nauw, ‘… zo berucht dat het gebied bij de inwoners ook bekendstond als onder meer Lagerwal, Little Harlem, Dark Town, Niggertown.’
Jubine, de op elk moment opduikende persfotograaf, vat de sfeer rond Dumble Street, zowat de centrale plaats van Het Nauw, ergens heel sprekend samen: ‘Een heerlijke nacht. Een nacht voor moord. Een nacht voor verkrachting. Een nacht voor sabotage. Een nacht voor alle arme knechten om te huilen, jammeren, tandenknarsen. Arme knechten. Het zijn de nachten die hen nekken.’ (Blz. 84)
Niet vergeten dat wij in de naoorlogse jaren zijn (Roosevelt, McCarthy, Marlène Dietrich,…) Als Link Camilo voor het eerst opmerkt, droomt hij dan ook : ‘Ze liep alsof de wereld altijd van haar was geweest en alsof ze heel goed wist dat die ook altijd van haar zou zijn. (…) Haar tred was vlug en licht. Ze droeg bruine schoenen. En haar benen… benen als die van Dietrich, maar dan beter. Eerlijk gezegd.’ (Blz. 125)
Het mag ook niet verwonderen dat er heel wat schilderachtige figuren de revue passeren, zo bijvoorbeeld Cesar de Steller, een arme sloeber die met stompjes kleurkrijt op elke stoep Bijbelse spreuken neerschrijft of eerder tekent, ‘al doende de hoofdletters van tierlantijnen, decoraties en versierinkjes voorziend.’ (Blz. 132) of J.C., het jongste zoontje van Powther en Mammie, een jaar of vijf moet hij zijn. En we hebben ook nog Slapknie, de kok in The Last Chance, de Ouwe Johannes de Barbier, die op elk moment van de dag whisky zit te zuipen aan de toog van The Last Chance, China, de mollige uitbaatster van het hoerenhuis of mijnheer Valkill, de echtgenoot van de vrouw bij wie de toen twaalfjarige Link in dienst is en die zijn handen niet van de jonge knaap kan afhouden, het is van alle tijden – we zijn hier wel in het begin van de jaren vijftig van de vorige eeuw.
Over de stijl in Het Nauw: zeker, Ann Petry is een geboren vertelster, ze doet dat werkelijk in adembenemende zinnen, valt soms over haar eigen woorden door in een enkele – doorgaans lange – zin van de huidige hak naar een voorbije tak te springen, je moet er dus met je gedachten bij zijn, maar dankzij de zwierige taal is dat niet zo moeilijk.
Vaak word je geconfronteerd met heel lange gedachtesprongen, flashbacks. Het is een procedé om het verleden van de personages naar boven te halen, waardoor het echte verhaal er soms onder lijdt.
Haar neologismen en haar woordverdraaiingen zijn ook gevat. ‘Abbie en F.K. Jackson wachtten hem op in de ziteetkamer, eetzitkamer, beiden met een gezicht alsof ze bij een lijk waakten.’ (Blz. 202)
Veel bloemrijke beschrijvingen, maar ook de ruwe taal van het milieu (‘de koffer induiken’, ‘niggers’ (in overvloed) hoort erbij.
En hoe loopt de verliefdheid tussen Camilo en Link dan af? Ik durf wel te beweren dat het erg spannend wordt. Pas na meer dan 600 bladzijden weet je het en ja, lees het maar zelf na, en echt, je leest je er vlugger doorheen dan je bij het bekijken van zo’n dikke pil op het eerste gezicht vermoedt.
Ann Petry, Het Nauw, Atlas Contact, 2022, 606 blz. Vertaling Lisette Graswinckel
Bespreking: Bart Madou
Synopsis
In een Amerikaans provinciestadje in de jaren vijftig van de 20e eeuw gaan een zwarte man en een witte vrouw een liefdesrelatie aan die ingaat tegen de conventies van hun tijd.